box 23/5
nsäme
18. Der 6es
DE EENZAME WEG VAN ARTHUR SCHNITZLER.
Dit stuk van Schnitzler is reeds meer dan 20 jaar oud en wordt door
hemzelf, en door velen met hem, voer ziin best geschreven tooneel¬
stuk gehouden. Het heeft langen tijd tot miin illusies behoord het opte
voeren, en de fraaie vertaling van Frans Mijussen is indertijd ten be¬
hoeve van „De Haghespelers' gemaakt, maar bleef van het een op
het ander jaar liggen, doordat het scheen, alsof er geen juiste rolver¬
deeling kon worden verkregen.
Door de oorlog is veel in de wereld veranderd en de levensopvat¬
ting in het algemeen gesproken, is aanmerkelijk gewijzigd. Zoo kan
men in het stuk van „De Eenzame Weg'’ op het oogenblik zien het
leed en de eenzaamheid der menschen. Men kan het stuk beschouwen
met evenveel ontroering als vroeger, maar toch objectiever, nu de
cerste teekenen hier en daar zich voelbaar maken van cen grooter
erkenning van het gemis aan gemeenschapsgevoel.
Allen in dit stuk van Schnitzler bewandelen ecn eenzame weg. Het
ziin de slachtoffers van een periode van een te individualistische
levensbeschouwing, zoowel de egoisten als de altruisten, die in het spel
voorkomen.
De drie mannen op middelbaren leeftijd: Fichtner, von Sala en
Wegrath, ziin zeer verscheiden in hun wezen. Alle drie kunstenaars,
heeft Fichtner zich in te groote spontaniteit, min of meer als kunste¬
naar verloren en komt in hem, nu hij wat ouder wordt, het verlangen
naar zijn jeugd en vroegere scheppingskracht weer boven. En deze
gevoelens verwart hij met de genegenheid voor den zoon van Gabriele
Wegrath, Felix, de jeugdige officier, die in waarheid zijn natuurlisken
zoon is, en niet de zoon van Prof. Wegrath. Fichtner staat als een
verkwister van ziln gaven in het leven. Zonnig en onbezonnen van
aard, zonder te denken aan de consequenties van zijn daden, leefde
hij volgens ziin impulsies en begrijpt, wanneer hij ouder geworden is,
niet waarom hij vereenzaamt.
Wegrath heeft geleefd voor ziin gezin dat hij niet kent, en zijn werk,
dat hem niet geheel voldoet. Hij is Directeur van de Schilders Acade¬
mie; hij is meer kunstenaar door zijn volharding en zijn vlijt, dan door
ziin scheppingsdrang en gaven.
Ziine proum Gabriele heeft uit schulebesef voor het begane onrecht
jegens haar toenmaligen bruidegom, haar leven verder geheel aan
hem en haar beide kinderen, Felix en Johanna, gewijd. Haar leven is
op een leugen gebouwd, maar het heeft „het geluk van een geheel
gezin kunnen dragen.' Wanncer zij sterft valt het gezin echter, zooals
zij vreesde, uiteen.
Von Sala de derde kunstenaar is een dichter, die het leven, naar het
gemoed gesproken, egoistisch-bewust leeft, zonder deemoedig geloof
en hoop, maar met de algeheele levens-voldoening: bevrediging van
het oogenblik. Hij is los van sentimenten als aanhankelijkheid voor,
of afhankelijkheid van anderen. Het zich bewust uit-leven is ziin
grootste bezit; tegenover den dood staat hij vijandig.
Uit hoogmoed, als zijn einde nadert, met de erkenning dat ook hij
Zie vervolg voorlaatste bladzyde.
met leege handen staat, doodt hi
ievenstheorieen teniet, als aanbevele
ook door hem zelf doorgevoerd. Sal
beschouwd, een held.
De dochter van Wegrath is een of
in een droom leeft, maar niet op ka
leven als zij volwassen wordt. Met a
zich aan den held van haar jeugd,
van anderen niet verdragen en zooals
van haar vervreemde, zoo is het
leven met de wetenschap dat von S
heeft, sterven moet. Zij verdrinkt zic
von Sala’s tuin, opdat „deze vijver
fantastische onwerkelijkheid, die zij
scheppen.
Felix is de belofte, volgens von Sa
der geest en meer houding. Hij verk
heeft verzorgd en opgevoed, boven
alleen het leven gaf.
Irene Herms, de tooneelspecister, is
liefhebbend maar vereenzaamd, omd
zij er een had moeten hebben, en om
hand door haar leeftijd verliest. Z
mannen steeds haar lief te hebben,
beken, trouwden per slot met haar zu
Een hoogst merkwaardig figuur in
ken van Schnitzler, de dokter. Hij is
die zijn eenzaam leven leeft en ande
nu en dan het leven toch zeer zwaa
wordt gevraagd, terwijl hij zelden o
hanna verzet zich tegen ziin liefde
haar zieke moeder is hij de biechtvad
voor het geheele gezin Wegrath de s
tijde verlaten kan.
Het is opmerkelijk, hoe door sche
zeven menschen tot levende figuren h
lend en alleenstaand, terwijl hunne l
met elkander verstrengeld zijn en sa
meenschap aandoen.
Schnitzler heeft deze voor ons ontl#
koelheid en zekerheid van een chirurg
waarmede hij dit deed, hebben deze
allen een gevoeligheid en warmte ind
de menschheid brengt, omdat deze e
genegenheid, de warmte en de liefde
verstandige kinderen spelen, of waa
wordt.
Het verlangen naar minder geest er
iederen regel, en dit verlangen klinkt
Evenals „Professor Bernhardi' zal
jaar een zuiver beeld geven van een
oorlog. Nu zijn wij er nog te veel n
zoodanig te kunnen aanvoelen.
nsäme
18. Der 6es
DE EENZAME WEG VAN ARTHUR SCHNITZLER.
Dit stuk van Schnitzler is reeds meer dan 20 jaar oud en wordt door
hemzelf, en door velen met hem, voer ziin best geschreven tooneel¬
stuk gehouden. Het heeft langen tijd tot miin illusies behoord het opte
voeren, en de fraaie vertaling van Frans Mijussen is indertijd ten be¬
hoeve van „De Haghespelers' gemaakt, maar bleef van het een op
het ander jaar liggen, doordat het scheen, alsof er geen juiste rolver¬
deeling kon worden verkregen.
Door de oorlog is veel in de wereld veranderd en de levensopvat¬
ting in het algemeen gesproken, is aanmerkelijk gewijzigd. Zoo kan
men in het stuk van „De Eenzame Weg'’ op het oogenblik zien het
leed en de eenzaamheid der menschen. Men kan het stuk beschouwen
met evenveel ontroering als vroeger, maar toch objectiever, nu de
cerste teekenen hier en daar zich voelbaar maken van cen grooter
erkenning van het gemis aan gemeenschapsgevoel.
Allen in dit stuk van Schnitzler bewandelen ecn eenzame weg. Het
ziin de slachtoffers van een periode van een te individualistische
levensbeschouwing, zoowel de egoisten als de altruisten, die in het spel
voorkomen.
De drie mannen op middelbaren leeftijd: Fichtner, von Sala en
Wegrath, ziin zeer verscheiden in hun wezen. Alle drie kunstenaars,
heeft Fichtner zich in te groote spontaniteit, min of meer als kunste¬
naar verloren en komt in hem, nu hij wat ouder wordt, het verlangen
naar zijn jeugd en vroegere scheppingskracht weer boven. En deze
gevoelens verwart hij met de genegenheid voor den zoon van Gabriele
Wegrath, Felix, de jeugdige officier, die in waarheid zijn natuurlisken
zoon is, en niet de zoon van Prof. Wegrath. Fichtner staat als een
verkwister van ziln gaven in het leven. Zonnig en onbezonnen van
aard, zonder te denken aan de consequenties van zijn daden, leefde
hij volgens ziin impulsies en begrijpt, wanneer hij ouder geworden is,
niet waarom hij vereenzaamt.
Wegrath heeft geleefd voor ziin gezin dat hij niet kent, en zijn werk,
dat hem niet geheel voldoet. Hij is Directeur van de Schilders Acade¬
mie; hij is meer kunstenaar door zijn volharding en zijn vlijt, dan door
ziin scheppingsdrang en gaven.
Ziine proum Gabriele heeft uit schulebesef voor het begane onrecht
jegens haar toenmaligen bruidegom, haar leven verder geheel aan
hem en haar beide kinderen, Felix en Johanna, gewijd. Haar leven is
op een leugen gebouwd, maar het heeft „het geluk van een geheel
gezin kunnen dragen.' Wanncer zij sterft valt het gezin echter, zooals
zij vreesde, uiteen.
Von Sala de derde kunstenaar is een dichter, die het leven, naar het
gemoed gesproken, egoistisch-bewust leeft, zonder deemoedig geloof
en hoop, maar met de algeheele levens-voldoening: bevrediging van
het oogenblik. Hij is los van sentimenten als aanhankelijkheid voor,
of afhankelijkheid van anderen. Het zich bewust uit-leven is ziin
grootste bezit; tegenover den dood staat hij vijandig.
Uit hoogmoed, als zijn einde nadert, met de erkenning dat ook hij
Zie vervolg voorlaatste bladzyde.
met leege handen staat, doodt hi
ievenstheorieen teniet, als aanbevele
ook door hem zelf doorgevoerd. Sal
beschouwd, een held.
De dochter van Wegrath is een of
in een droom leeft, maar niet op ka
leven als zij volwassen wordt. Met a
zich aan den held van haar jeugd,
van anderen niet verdragen en zooals
van haar vervreemde, zoo is het
leven met de wetenschap dat von S
heeft, sterven moet. Zij verdrinkt zic
von Sala’s tuin, opdat „deze vijver
fantastische onwerkelijkheid, die zij
scheppen.
Felix is de belofte, volgens von Sa
der geest en meer houding. Hij verk
heeft verzorgd en opgevoed, boven
alleen het leven gaf.
Irene Herms, de tooneelspecister, is
liefhebbend maar vereenzaamd, omd
zij er een had moeten hebben, en om
hand door haar leeftijd verliest. Z
mannen steeds haar lief te hebben,
beken, trouwden per slot met haar zu
Een hoogst merkwaardig figuur in
ken van Schnitzler, de dokter. Hij is
die zijn eenzaam leven leeft en ande
nu en dan het leven toch zeer zwaa
wordt gevraagd, terwijl hij zelden o
hanna verzet zich tegen ziin liefde
haar zieke moeder is hij de biechtvad
voor het geheele gezin Wegrath de s
tijde verlaten kan.
Het is opmerkelijk, hoe door sche
zeven menschen tot levende figuren h
lend en alleenstaand, terwijl hunne l
met elkander verstrengeld zijn en sa
meenschap aandoen.
Schnitzler heeft deze voor ons ontl#
koelheid en zekerheid van een chirurg
waarmede hij dit deed, hebben deze
allen een gevoeligheid en warmte ind
de menschheid brengt, omdat deze e
genegenheid, de warmte en de liefde
verstandige kinderen spelen, of waa
wordt.
Het verlangen naar minder geest er
iederen regel, en dit verlangen klinkt
Evenals „Professor Bernhardi' zal
jaar een zuiver beeld geven van een
oorlog. Nu zijn wij er nog te veel n
zoodanig te kunnen aanvoelen.