VII, Verschiedenes 12, Schnitzlers Tod, Seite 521

box 43/21 box 43/21
12. Schnitzler's Death 12. Schnitzler's Death
DOBSERVE DOBSERVE
Ra Ra
I. österr. behördl. vonzessioniertes I. österr. behördl. vonzessioniertes
Unternehmen für Zenung-Ausschnitte Unternehmen für Zenung-Ausschnitte
WIEN, I., WOLLZEILE 11 WIEN, I., WOLLZEILE 11
TELEPHON R-23-0-43 TELEPHON R-23-0-43
Ausschnitt aus: Ausschnitt aus:
Extract from Extract from
De Telegraat De Telegraat
Amsterdam Amsterdam
Date Date
2.8. MI. 1. 2.8. MI. 1.
KUNST EN LETTEREN. KUNST EN LETTEREN.
SCANITZLER EN ZIJN TIJS. SCANITZLER EN ZIJN TIJS.
minnelijke jonge officieren, die hij zoo menig¬ minnelijke jonge officieren, die hij zoo menig¬
OUD WEENEN KEERDE OUD WEENEN KEERDE
maal om zich heen zag, heeft hij vaak uitge- maal om zich heen zag, heeft hij vaak uitge-
beeld. Zij zijn niet de eenige van zijn gestalten, beeld. Zij zijn niet de eenige van zijn gestalten,
TERUG. TERUG.
die uitstierven in een anderen tijd. Hij kende die uitstierven in een anderen tijd. Hij kende
ook den flaneur, den causeur en raisonneur, ook den flaneur, den causeur en raisonneur,
den jongen man van goede familie, die niets den jongen man van goede familie, die niets
te doen had dan zijn passies te beleven, don te doen had dan zijn passies te beleven, don
Vriend der muziek. Vriend der muziek.
ouderen levenskunstenaar, de hartstochtelijke ouderen levenskunstenaar, de hartstochtelijke
vrouw, en bovenal het zoogenaamde „Süsse vrouw, en bovenal het zoogenaamde „Süsse
Hij beeldde typen uit, die reeds Hij beeldde typen uit, die reeds
Mädel", dat ooit moet hebben bestaan. Mädel", dat ooit moet hebben bestaan.
lang zijn uitgestorven of heenge¬ lang zijn uitgestorven of heenge¬
Hij heeft ook trotsche, rijpe menschen ge¬ Hij heeft ook trotsche, rijpe menschen ge¬
schilderd, zooals professor Bernhardi en hij schilderd, zooals professor Bernhardi en hij
gaan, typen uit het oude Oosten¬ gaan, typen uit het oude Oosten¬
heeft in de tragedie van den jongen Medardus heeft in de tragedie van den jongen Medardus
rijk. rijk.
zijn geheelen tijd een ceuw vroeger, als in een zijn geheelen tijd een ceuw vroeger, als in een
spiegel weerkaatst. Maar hij is altijd weer van spiegel weerkaatst. Maar hij is altijd weer van
WEENEN, Oct. — Zijn landgenooten, de men WEENEN, Oct. — Zijn landgenooten, de men
de helden, die hij met eenige ironie uitbeeldde, de helden, die hij met eenige ironie uitbeeldde,
schen, die reeds onder de suggestie van zijn schen, die reeds onder de suggestie van zijn
naar de omgeving teruggekeerd die hem het naar de omgeving teruggekeerd die hem het
naam opgroeiden, kunnen het zich niet voor¬ naam opgroeiden, kunnen het zich niet voor¬
meest nabij was: naar de literaten die hun meest nabij was: naar de literaten die hun
stellen dat hun dichter niet meer is; hij, die stellen dat hun dichter niet meer is; hij, die
leven met allerlei frasen vervalschen, naar de leven met allerlei frasen vervalschen, naar de
een kenmerk van de stad Weenen en van het een kenmerk van de stad Weenen en van het
resolutere vrouwen die tegenover hen in het resolutere vrouwen die tegenover hen in het
oude Oostenrijk scheen, en niet een mensch oude Oostenrijk scheen, en niet een mensch
recht waren, en naar de musici en muzikanten. recht waren, en naar de musici en muzikanten.
die het recht had oud te worden. Al wil men die het recht had oud te worden. Al wil men
Schnitzler zou geen Weener geweest zijn, in¬ Schnitzler zou geen Weener geweest zijn, in¬
het zich ook niet bekennen en liefde gaarne het zich ook niet bekennen en liefde gaarne
dien de muziek in zijn wereld had ontbroken. dien de muziek in zijn wereld had ontbroken.
met ironie bestrijden, men heeft hier een sterk met ironie bestrijden, men heeft hier een sterk
Laat ons denken aan den musicus Weiring, Laat ons denken aan den musicus Weiring,
saamhoorigheidsgevoel met zijn representa¬ saamhoorigheidsgevoel met zijn representa¬
orkestlid van een voorstadstheater en vader orkestlid van een voorstadstheater en vader
tieve dichters. En toen Altenberg, toen Hof- tieve dichters. En toen Altenberg, toen Hof-
van het geofferde meisje in „Liebelei", een ge¬ van het geofferde meisje in „Liebelei", een ge¬
manusthal stierven, was de algemeene schok manusthal stierven, was de algemeene schok
stalte, die nog uit de dagen van Schubert stalte, die nog uit de dagen van Schubert
duidelijk te bemerken. Doch niet zoo smartelijk duidelijk te bemerken. Doch niet zoo smartelijk
schijnt te stammen. Laat ons denken aan zijn schijnt te stammen. Laat ons denken aan zijn
als thans, bij den zoo onverwachten dood van als thans, bij den zoo onverwachten dood van
Wergenthin in den roman „Der Weg ins Freie”, Wergenthin in den roman „Der Weg ins Freie”,
Arthur Schnitzler, wiens aanstaande zeven¬ Arthur Schnitzler, wiens aanstaande zeven¬
den jongen musicus van het type dat hij zoo den jongen musicus van het type dat hij zoo
tigste verjaardag waarlijk niet door de thea tigste verjaardag waarlijk niet door de thea
vaak ontmoette, aarzelend tusschen zijn com vaak ontmoette, aarzelend tusschen zijn com
ters alleen zou gevierd worden. ters alleen zou gevierd worden.
ponisten-roeping en de dirigentenwenschen. ponisten-roeping en de dirigentenwenschen.
Het groote theatereffect, dat was het, wat Het groote theatereffect, dat was het, wat
Ook waar hij niet rechtstreeks van muziek Ook waar hij niet rechtstreeks van muziek
Schnitzler voor had op zoo menig ander dich¬ Schnitzler voor had op zoo menig ander dich¬
en muzikanten spreekt, klinkt muziek in zijn en muzikanten spreekt, klinkt muziek in zijn
ter. Maar hij was voor ons niet alleen de dra ter. Maar hij was voor ons niet alleen de dra
woorden en verzen. Hij was zelf een hartstoch¬ woorden en verzen. Hij was zelf een hartstoch¬
maticus, die overal zijn publiek vond en ook maticus, die overal zijn publiek vond en ook
telijk muziekliefhebber, zijn vrouw was zange- telijk muziekliefhebber, zijn vrouw was zange-
niet enkel de meesterlijke verteller wiens boe¬ niet enkel de meesterlijke verteller wiens boe¬
res, zijn zoon, die thans tooneelspeler en regis¬ res, zijn zoon, die thans tooneelspeler en regis¬
ken zich ver buiten het gebied der Duitsche ken zich ver buiten het gebied der Duitsche
seur is, wilde eerst dirigent worden. Men ont¬ seur is, wilde eerst dirigent worden. Men ont¬
taal verspreidden. Schnitzler was een stuk van moette den dichter vaak op concerten, en hij taal verspreidden. Schnitzler was een stuk van moette den dichter vaak op concerten, en hij
ons leven, de laatste zuil van ons Oostenrijksch ons leven, de laatste zuil van ons Oostenrijksch
was een geestdriftig aanhanger van Mahler, was een geestdriftig aanhanger van Mahler,
verleden. Met hem is een Weensch tijdperk toen deze nog zijn strijd als opera-directeur had verleden. Met hem is een Weensch tijdperk toen deze nog zijn strijd als opera-directeur had
voorbij, of beter nog, het is geschiedenis ge voorbij, of beter nog, het is geschiedenis ge
door te maken. door te maken.
worden. worden.
Een merkwaardig fanaticus van de piano¬ Een merkwaardig fanaticus van de piano¬
Wij hebben hier heel veel zin voor geschie¬ Wij hebben hier heel veel zin voor geschie¬
paedagogiek, de zeer begaafde Van Jung, heeft paedagogiek, de zeer begaafde Van Jung, heeft
denis, en wij hadden het onszelf reeds lang denis, en wij hadden het onszelf reeds lang
Schnitzler sterk beinvloed toen hij zijn „Weg Schnitzler sterk beinvloed toen hij zijn „Weg
moeten zeggen dat deze perlode geheel voorbij moeten zeggen dat deze perlode geheel voorbij
ins Freie” schreef; en ook de redevoeringen ins Freie” schreef; en ook de redevoeringen
was, ook voor Arthur Schnitzler. Maar hi was, ook voor Arthur Schnitzler. Maar hi
over de bevrijding der Joden, die men in dezen over de bevrijding der Joden, die men in dezen
doorleefde haar steeds opnieuw, in zijn laatste doorleefde haar steeds opnieuw, in zijn laatste
roman vindt, gaan terug op inzichten van Jung. roman vindt, gaan terug op inzichten van Jung.
werken deed zij reeds spookachtig aan, maar werken deed zij reeds spookachtig aan, maar
Al deze menschen uit de omgeving van Al deze menschen uit de omgeving van
zij dééd ons iets. En het zal de taak van een zij dééd ons iets. En het zal de taak van een
Schnitzler zijn uitgestorven, weggetrokken, ten Schnitzler zijn uitgestorven, weggetrokken, ten
goed psycholoog zijn, om de eerste indrukker goed psycholoog zijn, om de eerste indrukker
gronde gegaan. Met een monomanisch fana¬ gronde gegaan. Met een monomanisch fana¬
van den dichter Schuitzler en hun nawerking van den dichter Schuitzler en hun nawerking
tisme riep hij telkens in nieuwe werken, die tisme riep hij telkens in nieuwe werken, die
te onderzoeken. te onderzoeken.
Zijn problemen veranderden nauwelijks Zijn problemen veranderden nauwelijks
slechts hun oplossing is, in oneindige menig slechts hun oplossing is, in oneindige menig
vuldigheid, rijker geworden. Wij, de bewonde¬ vuldigheid, rijker geworden. Wij, de bewonde¬